Leverbiopsie

Een leverbiopsie wordt uitgevoerd om leverziekten vast te stellen. Hierbij wordt een dunne naald doorheen de huid tot in de lever gebracht om er een kleine hoeveelheid weefsel af te nemen voor onderzoek.

Waarom een leverbiopsie?

Sommige leverziekten kunnen enkel op deze manier met zekerheid vastgesteld worden. Als de diagnose al gekend is kan een biopsie nodig zijn om de ernst van de leverbeschadiging te kennen. Zo kan de juiste behandeling bepaald worden. Ook na de behandeling kan een biopsie nuttig zijn om het effect van de behandeling na te gaan. 

Het afgenomen weefselstaal wordt verder microscopisch onderzocht in het labo van het ziekenhuis. 

Voorbereiding

Informeer je arts over alle medicatie die je neemt. Je moet een week voor de punctie stoppen met geneesmiddelen die het bloed minder stolbaar maken (bloedverdunners, aspirine...). Vanaf zes uur voor het onderzoek moet je nuchter blijven.

Verloop van het onderzoek

Je verblijft de dag van je onderzoek in het inwendig dagziekenhuis. Het onderzoek zelf vindt plaats op de dienst functiemetingen - endoscopie. De arts bepaalt eerst waar de naald moet worden ingebracht. Daarna wordt die plaats op de huid ontsmet en lokaal verdoofd. 

Dan maakt de arts een kleine incisie en wordt de naald ingebracht. Op het ogenblik dat de arts de naald in de lever brengt en de biopsie neemt zal je je adem enkele seconden moeten inhouden. Het inbrengen van de naald in de lever, het afnemen van de biopsie en het verwijderen van de naald duurt twee à drie seconden.  

Nazorg

Na het onderzoek verblijf je nog enkele uren in het inwendig dagziekenhuis. Je algemene toestand wordt hier regelmatig gecontroleerd. Om eventuele bloedingen te voorkomen zal je twee uur op je rechterzijde moeten liggen. De eerste uren kan je wat pijn voelen op de plaats van de punctie of aan de rechterschouder. Na je ontslag uit het ziekenhuis mag je enkele dagen geen zware fysieke arbeid verrichten. Je krijgt de resultaten van de punctie via de huisarts meegedeeld.