25 april 2022

Welkom op onze website

25 april 2022

Week van de valpreventie

18 april 2022

20 jaar wet patiëntenrechten

04 april 2022

Opvolging Raf Lippens als algemeen directeur Sint-Trudo

04 april 2022

Aankondiging dr. Fernando Garcia Barrado als orthopedisch chirurg

Een tenniselleboog (ook wel epicondylitis lateralis genoemd)wordt veroorzaakt door een overbelasting van de spieren en pezen van de voorarm die aan de buitenkant van de elleboog (laterale epicondyl) aanhechten. De ontsteking gebeurt aan de spieren en pezen die zorgen voor het strekken van de pols en vingers. De ontsteking is het gevolg van een chronische overbelasting en dikwijls ten gevolge van repetitieve bewegingen, zowel op het werk als recreatief.  In een later stadium kunnen zeer kleine scheuren (microscheuren) in de pees ontstaan en in een eindstadium kunnen de scheuren verder uitbreiden.

Symptomen

Mensen met een tenniselleboog ondervinden ook last bij dagdagelijkse activiteiten. Vooral wringbewegingen maar ook heffen van voorwerpen verloopt moeizamer en met pijn.

Diagnose

De diagnose wordt deels klinisch op de raadpleging gesteld aan de hand van specifieke klachten (pijn aan de buitenste knobbel van de elleboog en pijn bij het strekken van de pols tegen weerstand). Indien nodig zal nog bijkomend beeldvorming (RX, echografie, MRI) worden genomen om de diagnose te bevestigen.

‍Behandeling algemeen

De behandeling gebeurt initieel niet operatief met lokale ijsapplicatie, rust, ontstekingsremmers en kinesitherapie. Eventueel kan een brace helpen de pijnklachten te verbeteren.

Gezien het om een overbelasting gaat, is aanpassing van werk of sport omgeving belangrijk om een genezing te kunnen bekomen en een hervallen te vermijden.

Indien onvoldoende beterschap kan geopteerd worden voor een cortisone inspuiting rond de pees met als doel de lokale ontsteking te onderdrukken. Het aantal cortisone inspuitingen worden echter per jaar beperkt tot 2 à 3.

Meer en meer worden cortisone inspuitingen vervangen door PRP (Platelet Rich Plasma) inspuiting.  

Hierbij wordt een bloedstaal van de patiënt genomen, deze wordt op hoge snelheid gecentrifugeerd waardoor het plasma van de rest van het bloed wordt gescheiden. In dat plasma zitten veel bloedplaatjes en groeifactoren die kunnen zorgen voor de genezing van de zieke pees. Het bekomen plasma wordt dan in en rond de ontstoken pees ingespoten. Meestal worden 2 PRP inspuitingen gegeven, met een 2-tal weken tussen. De slaagpercentage ligt rond de 50 à 70%.

ESWT (extra corporeal shock wave) is eveneens een mogelijke behandeling voor een tenniselleboog. Hierbij wordt de doorbloeding van de pees door middel van shockgolven gestimuleerd om zo de genezing te bevorderen. Deze behandeling gebeurt op de dienst Fysische geneeskunde.

Indien de vorige behandelingen onvoldoende beterschap brengen, kan geopteerd worden voor een operatie.  Tijdens de ingreep wordt het ziek gedeelte van de pees verwijderd en wordt de pees terug aan het bot verankerd.

De ingreep gebeurt via dagopname. Na de ingreep wordt de elleboog soms gedurende een korte periode geïmmobiliseerd. Het genezingsproces kan 3 à 4 maanden duren.‍

Een golferselleboog (epicondylitis medialis) is een ontsteking aan de spieren en pezen van de voorarm die aanhechten aan de binnenzijde van de elleboog (mediale epicondyl). 

Meestal wordt de ontsteking veroorzaakt door een lokale overbelasting ten gevolge van repetitieve bewegingen op het werk of recreatief. De klachten kunnen ook ontstaan na een trauma.                    

De aangetaste spieren en pezen zorgen voor het buigen van de pols en vingers. Als de ontsteking verder evolueert kunnen (micro)scheuren in de pees ontstaan.

Symptomen

Mensen met een golferselleboog hebben pijn aan de beenderige knobbel aan de binnenzijde van de elleboog. Ook bij dagdagelijkse activiteiten, zoals wringen of poetsen van ramen, ondervinden ze krachtsvermindering en pijn.

Diagnose

De diagnose wordt deels klinisch op de raadpleging gesteld aan de hand van specifieke klachten (pijn aan de binnenste knobbel van de elleboog en pijn bij het buigen van de pols tegen weerstand). Indien nodig zal nog bijkomend beeldvorming (RX,echografie, MRI) worden genomen om de diagnose te bevestigen.

‍Behandeling algemeen

De behandeling gebeurt initieel niet operatief met lokale ijsapplicatie, rust, ontstekingsremmers en kinesitherapie. Eventueel kan een brace helpen om de pijnklachten te verbeteren.

Gezien het om een overbelasting gaat, is aanpassing van werk of sport belangrijk om een genezing te kunnen bekomen en het hervallen te vermijden.

Indien onvoldoende beterschap kan geopteerd worden voor een cortisone inspuiting rond de pees met als doel de lokale ontsteking te onderdrukken. Het aantal cortisone inspuitingen worden echter per jaar beperkt tot 2 à 3.

Meer en meer worden cortisone inspuitingen vervangen door PRP (Platelet Rich Plasma) inspuiting vervangen.  Hierbij wordt een bloedstaal van de patiënt genomen, deze wordt op hoge snelheid gecentrifugeerd waardoor het plasma van de rest van het bloed wordt gescheiden.

In dat plasma zitten veel bloedplaatjes en groeifactoren die kunnen zorgen voor de genezing van de zieke pees. Het bekomen plasma wordt dan in en rond de ontstoken pees ingespoten. Meestal worden 2 PRP inspuitingen gegeven, met een 2-tal weken tussen. De slaagpercentage ligt rond de 50 à 70%.

ESWT (extra corporeal shock wave) is eveneens een mogelijke behandeling voor een golferselleboog. Hierbij wordt de doorbloeding van de pees door middel van shockgolven gestimuleerd om zo de genezing te bevorderen. Deze behandeling gebeurt op de dienst Fysische geneeskunde.

Indien de vorige behandelingen onvoldoende beterschap brengen, kan geopteerd worden voor een operatie.  Tijdens de ingreep wordt het ziek gedeelte van de pees verwijderen en wordt de pees terug aan het bot verankerd.

De ingreep gebeurt via dagopname. Na de ingreep wordt de elleboog soms gedurende een korte periode geïmmobiliseerd. Het genezingsproces kan 3 à 4 maanden duren.

 

Abonneer op