Nierdialyse
1. Buikdialyse (peritoneaaldialyse)
Het buikvlies van de patiënt wordt gebruikt als filter. Langs een plastieken katheter in de buikwand loopt een vloeistof in de buik van de patiënt. Deze vloeistof onttrekt afvalstoffen en overtollig water aan het lichaam doorheen het buikvlies. Na enkele uren laten we de vloeistof met afvalstoffen uit de buik lopen en er een verse vloeistof inlopen. Deze cyclus herhaalt zich 3 tot 4 keer per dag of nacht. Deze vorm van dialyse gebeurt buiten het ziekenhuis (thuis of elders) door de patiënt zelf of door een naaste.
Er bestaan twee vormen van peritoneaaldialyse:
- Continue Ambulante Peritoneale Dialyse (CAPD): overdag uitgevoerd en volledig door de patiënt zelf
- Automatische Peritoneale Dialyse (APD): ’s nachts uitgevoerd met behulp van een machine tijdens de slaap
2. Hemodialyse (bloeddialyse)
Hier wordt een bloedvat van de patiënt aangeprikt door middel van een naald (elke dialyse opnieuw) of een katheter (blijft altijd aanwezig). Het bloed wordt aangezogen door een machine en wordt door een filter (kunstnier) gepompt. De meest gebruikelijke hemodialyse duurt 4 uur en dit driemaal per week.
Samen met je behandelend arts wordt er besproken welke dialysemogelijkheid het meest interessant is.